woensdag 2 november 2011

Hersenschimmen

Hersenschimmen
Uitgevery: EM. Querido uitgeverij BV, Amsterdam
Eerste druk: 1984
Gelezen druk: 39e druk
Aantal bladzijden: 162
Prijs:  rond de 10 euro

dat romanschrijven veel vergt van je verbeelding laat Bernlef in zijn boek Hersenschimmen duidelijk zien aan zijn lezers. Wat Bernlef wilt uitbeelden staat bekend als dementie, maar voor ons is het moeilijk voor te stellen wat deze stoornis precies inhoudt en dus ook voor Bernlef

In Hersenschimmen probeert de schrijver om het dementeringsproces van binnenuit te beschrijven. Dat is iets waarmee je veel mee op moet passen. Men moet zich een goed beeld kunnen vormen over wat dementie is.

Dementie wordt door Bernlef beschouwd als een vroegtijdig afscheid van de wereld, een vertrek uit de werkelijkheid. De bejaarde man in het boek die als hoofdpersoon fungeert staat voor het raam in zijn huis in Gloucester. Het plaatsje ligt boven de Amerikaanse stad Boston. Uit het raam ziet hij de besneeuwde weg en vraagt zich af waar de schoolkinderen blijven, zonder te weten dat het zondag is.

Het gaat na dit foutje bladzij na bladzij steeds fouter in de hoofd van de arme ouwe man. Na een tijdje denkt hij dat het ochtend is, maar het is middag. Volgens hem zijn deze vergissingen te wijten aan de sneeuw. Het zou door de monotoon van de sneeuw komen. Zijn geheugen wordt steeds slechter , hij denkt steeds meer dat hij in het verleden leeft.

Zijn vrouw , de persoon waarvan hij het meest houdt, herkent hij soms niet en hun relatie en de ontbinding daarvan is door Bernlef nadruk op gelegd.  Het behoort tot de meest emotionerende kanten van het boek.

Het is door Bernlef heel knap gedaan hoe hij indruk probeert te geven van het reddeloos verlies van greep op tijd en ruimte. Wij zijn gedurende het verhaal getuige van wat zich in het hoofd van Maarten afspeelt, wij weten alles wat hij wist.

Er staan heel veel dramatische momenten in het boek. Het is door Bernlef op een zeer mooie wijze neergezet op papier. Met groot succes schakelt hij de gebeurtenissen zo aaneen dat we niet alleen inzicht krijgen in het proces van verlies van tijd-en ruimte-besef, maar ook over de vroegere jaren van de man, de jeugd, zijn verliefdheden, zijn kinderen en zijn werk.

Als je het boek openslaat en doorbladert  valt het je meteen op dat de geest van Maarten naar de vorm dementeert. De zinsbouw wordt simpeler, de alinea’s klein en gescheiden door wit. Maarten begint over zichzelf te denken in de 2e of 3e in plaats van de 1e persoon. De ruimte waarin hij zich bevindt is zijn wereld  geworden. Maarten heeft bijna geen besef over tijd.

Bernlef staat voor het eerst als verteller niet buiten zijn personage, maar neemt de poging om vanuit de binnenkant van de personage dingen te verbeelden. Dit boek is een uitstekende prestatie over dementie.